Hoofdstuk 4
Onze kleine Madelief was een peutertje geworden. Ze had de haarkleur van mijn vader.
Madelief zat vaak bij d'r poppenhuis. Ze speelde graag met de poppen.
En haar blokkendoos vond ze ook geweldig. Blokken door de gaatjes duwen, het ging haar goed af.
Ons Madeliefje had nooit genoeg tijd om te spelen.
Ze moest ook leren praten, dat leerde Gabriella haar. Zij had meer geduld als mij.
En het leren lopen.. Dat deed ik. Ik hielp haar met haar eerste stapjes.
Het ging echt fantastisch goed, ze liep zo in mijn armen. Wel nadat ze een paar keer ging zitten, maar ze liep fantastisch!
Met ons tuintje ging het ook heel goed, ondanks er in de zoveel tijd een plant stierf.
Maar als de laatste maand een plant dood ging, barstte Gabriella in tranen uit. En zo ging het ook als we TV keken en er ging iemand dood, of iemand werd afgewezen in de liefde.
Maar al snel kwamen we achter de oorzaak. Gabriella was weer zwanger!
Ja, er kwam weer een klein wondertje bij in ons gezinnetje.
We vertelde het ook aan Madeliefje, ze snapte het sinds ze kon praten. "Weet je Madelief, je krijgt een broertje of zusje. Die groeit hier in mama's buik. Daar ben jij ook gegroeit." "Zusje, zusje!" "Wil je een zusje?" "Zusje!" Ja.. Het was duidelijk dat Madelief een zusje wou.
Op een middag nam ik Madelief en Gabriella mee uit eten. Terwijl Madelief wat rond om ons heen liep, praatte wij over welke naam ons kindje zou krijgen. Bij een meisje in ieder geval weer een bloemennaam.
En na ons eten, waren we eruit. We hadden twee leuke namen.
Na 9 maanden dragen stond Gabriella helemaal op knappen. En uiteindelijk kwamen de weeën.
We hadden weer een klein meisje gekregen. We noemden haar Roos. Haar kamer was rood, zoals rozen en haar wieg had een rozenprint.
Ik liet Madelief haar nieuwe zusje zien. "Madeliefje, dit is je zusje, Roos."
"Ja, papa! Ikke zusje!" "Ja, een zusje. Dat wou je graag hé lieverd." Madelief giechelde wat. Ze was super blij met haar zusje, net als wij.